"Toen ik 12 was liep ik weg van huis" | Eloïse

Mijn thuissituatie is nooit makkelijk geweest. Mijn ouders zijn jaren geleden gescheiden en hadden alle twee vrij snel een nieuwe partner. Plots kreeg ik dus plusouders. En nieuwe zussen en broers, want die nieuwe partners brachten ook kinderen uit een oude relatie mee.

Resultaat? Twee echte broers, drie stiefzussen en één stiefbroer.

Plots kreeg ik plusouders, nieuwe zussen en broers.

Eloise

Ik kwam niet met iedereen even goed overeen maar dat leek me altijd wel vrij logisch. Je kan niet met iedereen even goed bevriend zijn, toch?

Het probleem was dat mijn broers en ik onze nieuwe plusmama echt niet konden hebben. Ze trok haar kinderen voor en in mijn ogen palmde ze mijn papa in. Doordat mijn ouders van 's ochtends tot 's avonds doorwerkte, moesten we veel tijd met haar doorbrengen.

Soms leek het bij ons thuis op een sprookje, waarbij ik mijn stiefmoeder niet echt kon hebben. Ik moet nu, achteraf bekeken, toegeven dat ze natuurlijk ook veel goed gedaan heeft maar als kind beleef je dat toch iets anders.

Soms leek het bij ons thuis op een sprookje, waarbij ik mijn stiefmoeder niet echt kon hebben.

Eloïse

Rond mijn 12 jaar liep ik weg. Ik had ruzie met mijn stiefzus omdat ze mijn kleine broer had pijn gedaan. Daar was ik heel gevoelig aan.

Toen ik naar mijn stiefmoeder ging om het uit te leggen werd ze boos op mij en kreeg ik de schuld… Zoals altijd. Maar die keer werd het mij te veel. Ik liep naar boven, om op mijn kamer te gaan uitrazen. Echt privacy had ik niet want ik moest mijn kamer delen.

Ik zocht al mijn spullen bij elkaar en vertrok. Naar waar wist ik nog niet… Ik moest gewoon dat huis uit waar mijn stiefmoeder en stiefzussen waren.

Ik zocht al mijn spullen bij elkaar en vertrok. Naar waar wist ik nog niet…

Eloïse

Uiteindelijk besloot ik om te voet te gaan naar mijn moeke. Ze woonde niet zo ver en ik was er zeker van dat zij een luisterend oor ging zijn. Op dat moment was het zelfs een van de enige personen waarbij ik me goed voelde en aan wie ik durfde vertellen wat er was. Toen ik met haar goed had gebabbeld over alles wat me echt dwars zat, hebben we samen besloten om mijn nonkel te bellen zodat hij me naar huis kon brengen en met mijn vader kon praten.

Nadat mijn nonkel me terug bij mijn papa had afgezet en hem had uitgelegd wat er aan de hand was, heb ik zelf ook nog een goed gesprek gehad met mijn vader.

Ik was blij met zijn eerlijkheid en ik kon hem alles openlijk vertellen. Ik vertelde wat me dwarszat en wat mijn kleine broers al meermaals waren komen vertellen. Ik probeerde duidelijk te maken hoe we ons voelden. Dat heeft mijn vader ergens ook wel een beetje verdriet gedaan.

Bij afloop had ik vooral spijt van mijn impulsieve actie. Ik begreep dat praten met mijn vader die avond voldoende was geweest en dat ik hem niet zoveel pijn had moeten doen door weg te lopen.

Bij afloop had ik vooral spijt van mijn impulsieve actie. Ik begreep dat praten met mijn vader die avond voldoende was geweest en dat ik hem niet zoveel pijn had moeten doen door weg te lopen. 

Eloïse

Als ik het over kon doen, zou ik mijn problemen en ergernissen niet meer voor mij alleen houden. Dan zou ik veel sneller naar iemand gaan waar ik mijn problemen kan vertellen. Vrienden, familie, eventueel leerkrachten of het CLB. Er bestaan zoveel uitwegen voor als we het moeilijk hebben. Dat had veel sneller voor een oplossing kunnen zorgen.

TEKST: Margot Gysbrechts FOTO: Andrei Lazarev

Nood aan een babbel?

Praat erover